In de halve eeuw die ik op dit stukje aarde verblijf was het een komen en gaan van ontdekkingen en ontwikkelingen. Er komt iets nieuws op, het wordt omarmd én verguisd en uiteindelijk leert de tijd wat er van overblijft. Neem bijvoorbeeld het vliegtuig. De ontdekking dat de mens aan een vogel gelijk kon zijn was weergaloos. De wereld lag open voor wie het kon betalen. Gaandeweg de twintigste eeuw werd vliegen geavanceerder en goedkoper, waardoor het voor meer mensen haalbaar en betaalbaar werd. Maar de schaduwzijden van al dat moois tekenen zich met dezelfde vliegende vaart af.
Zo was ik laatst in Naarden-Vesting. Wat een geweldig stukje watermanagement was dat! Een complete vesting opgebouwd om alle gevaren over land en zee af te wenden. Tot het vliegtuig kwam. Zit je daar in je veilig gewaande meesterwerk. Komen de bommen ineens vanuit de lucht. Volkomen nutteloos geworden, die hele waterlinie. Nog enkel interessant als toeristische trekpleister.
alleen als de overheid opstaat gebeurt het
Dat een vliegtuig dus ook als wapentuig kan worden ingezet - waar ze in de Oekraïne dagelijks de afschuwelijke realiteit van ondervinden - is een van de bewijzen dat (technologische) ontwikkeling lang niet altijd vooruitgang is. Tenzij het je levensdoel is om met zo min mogelijk inspanning zoveel mogelijk slachtoffers te maken. Het bezwaar dat vliegtuigen aan mens en natuur schade toebrengen krijgt steeds meer grond onder de voeten. Maar gedragsverandering is niet eenvoudig. Alleen als de overheid opstaat en het vliegen verbiedt ‘omdat ík het zeg’ gaan we op zoek naar iets alternatiefs. Dat is de teleurstellende les die ik aan de coronatijd heb overgehouden.
We waren er zo van overtuigd dat gedragsverandering pas kan ontstaan als er een geloofwaardige, intrinsieke motivatie is. Daar hebben we ons onderwijs en onze opvoedingsstrategieën de laatste decennia allemaal op ingericht. Sterker nog, daar ben ik zelf altijd de grootste prediker van geweest. Maar mijn idealisme is een beetje door het ijs gezakt. Ik kon de zwartgallige woorden van de prediker met de grote P nooit zo goed hebben. Over die lucht en leegte en dat de mens maar een eenvoudig schepsel is omdat hij nu eenmaal zo is gemaakt door God. (Prediker 7:29) Maar het is gewoon de waarheid, we denken écht te groot van onszelf. Als we moeten wachten tot de hele mensheid intrinsiek gemotiveerd is om het verstandige te doen zal de aardbol het niet overleven. De meeste mensen (en ja, ook de meeste christenen) willen uit zichzelf gewoon niet zo deugen. Of, zoals Claudia de Breij haar vliegvakantie treffend evalueerde in haar Oudejaarsconference: ‘Het verschil tussen ik en wij vind ik heel moeilijk. Ik vind namelijk echt dat wij minder moeten vliegen, maar ik wilde heel graag naar Ibiza.’
ik werd op mijn vingers getikt
Zo heb ik jaren gewacht tot ik voldoende intrinsiek gemotiveerd werd om geen vlees meer te eten. Maar het kwam maar niet, alle hartverscheurende documentaires ten spijt. Tot er twee pleegkinderen in ons huis kwamen wonen die vegetarisch zijn en we simpel genoodzaakt werden de menukaart aan te passen. Blijken er gewoon heerlijke alternatieven voor vlees te bestaan, waardoor onze vleesconsumptie drastisch is verminderd. Als ik had gewacht tot ik er eindelijk zelf aan toe was, had de vleesindustrie nog jaren van mij kunnen profiteren. Soms werkt het alleen als we van ‘hogerhand’ op onze vingers worden getikt.
Kinderen kijken bij het volwassen worden vaak kritisch terug naar de generatie waardoor ze zelf zijn opgevoed. Dat deed ik ook. Zo schrapte ik per direct één zin uit mijn opvoedvocabulaire: ‘Omdat ík het zeg!’ We zijn inmiddels een generatie opgeschoven. De (ongevraagde) opvoedingsfeedback krijg ik nu van onze
eigen volwassen geworden kinderen. Zij hebben zo hun idealen om de wereld nog te redden. En ik voorzie dat ze daarvoor de verloren schatten uit de oude boeken weer opdiepen. Zoals deze ene zin: ’Omdat ík het zeg!’ Er is echt niets nieuws onder de zon.
Deze column van Anita is gepubliceerd in het Nederlands Dagblad van maandag 23 januari '23
Comments